De Andes en de silvervloot - Reisverslag uit Potosí, Bolivia van Pieter Eisenga - WaarBenJij.nu De Andes en de silvervloot - Reisverslag uit Potosí, Bolivia van Pieter Eisenga - WaarBenJij.nu

De Andes en de silvervloot

Door: Pieter

Blijf op de hoogte en volg Pieter

24 Februari 2010 | Bolivia, Potosí

Ondanks dat er in Nederland natuurlijk veel meer is gebeurd dan hier, ik noem in aflopende volgorde van belangrijkheid de verjaardag van Esther, de verkeerde wissel van Sven Kramer, een paar gouden medailles en de val van het kabinet, wilden we toch nog even een korte update geven. Afgelopen week hebben we het platte moerasland achter ons gelaten en zijn we het Andes gebergte ingetrokken. Zoals in ons vorige bericht al genoemd zijn we per vliegtuig van Santa Cruz naar Sucre gegaan. Het was een korte vlucht van ongeveer een half uur maar allerlei harde, vreemde geluiden en de scherpe bochten die de piloot maakte om tussen de bergtoppen door te vliegen zorgen er wel voor dat we dat half uurtje erg intens hebben meegemaakt. Bij aankomst was direct merkbaar dat we in een totaal ander klimaat waren terecht gekomen. Omdat Sucre op zo´n 2700 meter ligt, was het heerlijk fris en koel. Na de drukkende warmte van de afgelopen weken konden we dat wel waarderen. In Sucre hebben we ´s middags nog wat rondgelopen, Miriam heeft haar chocola reserves aangevuld en we hebben uitgezocht van waaruit we de reis konden voortzetten naar Potosi, ons eerstvolgende doel. Potosi ligt op 4200 meter hoogte en zou daarmee de hoogste stad ter wereld zijn. Potosi is tijdens de overheersing van de spanjaarden een zeer grote stad geweest gedurende een paar honderd jaar. Het zou zelfs groter zijn geweest dan Londen en Parijs. (http://nl.wikipedia.org/wiki/Potosí_stad) Potosi is zo groot geworden omdat het naast een berg ligt die rijk was aan zilver. De spanjaarden hebben daar in een paar honderd jaar met behulp van slaven uit Afrika en dwangarbeiders uit heel Zuid Amerika vrijwel al het zilver uit de berg gehaald. Omdat de mensen onder erbarmelijke omstandigheden werkten, zijn er zo´n 9 miljoen over de kling gejaagd door de eeuwen heen. De enorme rijkdommen die uit de berg gehaald zijn werden gedeeltelijk gebruikt om een groot aantal mooi uitgevoerde kerken te bouwen waardoor het stadje zelf erg mooi is voor Boliviaanse begrippen. Sinds 50 jaar werken er mensen in de mijn op vrijwillige basis om de laatste restjes zilver en andere materialen als tin en brons te delven. Dit gaat nog op vrijwel dezelfde manier als dat eeuwen lang is gedaan; ze gebruiken nog steeds geen grote machines maar doen alles met de hand, steentje voor steentje onder erbarmelijke omstandigheden. De gemiddelde levensverwachting voor mensen in de mijn is 40 jaar. De mijnen die nog steeds gebruikt worden kunnen tegen betaling bezocht worden en volgens andere reizigers en de ruige gids is dit een van de meest indrukwekkende tours van Bolivia. We waren dus van plan om in Potosi de mijnen te bezoeken en vervolgens weer door te gaan. De volgende dag zijn we naar het bus station gegaan waar we een collectieve taxi (een taxi die je deelt met andere mensen) hebben genomen naar Potosi. Eenmaal aangekomen bleek ons plan om snel even de mijnen te bezoekers en dan weer door te gaan iets te ambitieus; we kregen allebei last van een milde vorm van hoogteziekte vanaf het moment dat we in de collectieve taxi zaten (beetje misselijk, hoofdpijn en kortademigheid). Omdat we van andere mensen hadden gehoord dat de tocht in de mijnen een enorme inspanning vergt en veel mensen de tocht niet af kunnen maken omdat ze last van kortademigheid hebben of claustrofobisch worden, wilden we eerst rustig de tijd nemen om te wennen aan de hoogte. Gelukkig was het hostel daar prima geschikt voor, met gratis internet, veel boeken, veel andere reizigers en een tv met kabeltelevisie op de kamer. Zondag en maandag hebben we vrijwel de hele tijd brak in bed gelegen of een beetje geinternet en dinsdag zijn we voorzichtig met twee andere Nederlanders die we tegen zijn gekomen in het hostel met de bus naar een hotspring geweest net buiten de stad. De hotspring was een soort vijver met water van rond de 37 a 40 graden waardoor het een heerlijk ontspannend bad was. Vandaag (woensdag) zijn we naar de mijnen geweest wat echt een bizarre ervaring was. Voor vertrek kregen we allemaal een mijnwerkers pak aangemeten en een helm met een lampje erop. Vervolgens werden we naar de mijnwerkers markt gereden waar we cadeautjes moesten kopen om aan de mijnwerkers in de mijn te geven. De kado´s bestonden uit een paar flessen frisdrank, een paar zakken coca blaadjes en een paar dynamietstaven met lont. Bolivia is een van de grootste producenten van coca (grondstof voor cocaine) en veel mensen hier kouwen de hele dag door op een handje cocabladeren aangevuld met een soort katalysator. We hadden het in de taxi van de grens van Brazilie naar Santa Crus al even geprobeerd en het geeft een soort verdovend gevoel aan je tong en wang en je schijnt er ook meer energie van te krijgen. Omdat het ook nog eens goed schijnt te helpen tegen hoogteziekte hebben we meteen maar een zak extra ingeslagen voor eigen gebruik omdat we later deze week nog hoger gaan (5000+ meter). Potosi is de enige stad waar je dynamiet vrij in de supermarkt kunt kopen en het is een gebruikelijk kado voor de mijnwerkers. Per dynamietstaaf moesten we 20 bolivianos neertellen wat neerkomt op 2 euro dus hebben we er maar twee gekocht + eentje voor eigen gebruik. We hadden namelijk van anderen gehoord dat de gidsen maar al te graag wilden demonstreren hoe het allemaal werkt. Na de inkopen gingen we eerst naar een rafinaderij waar het zilver uit de stenen wordt gehaald met een soort van mercury. Het hele proces zag er nogal amateuristisch uit met kleine bakjes en slangetjes die met steentjes in positie worden gehouden. In de rafinaderij had Miriam als taak om de coca eerlijk tussen de medewerkers te verdelen. Na de rafinaderij gingen we op pad naar de ingang van de mijn en na nog wat foto´s gemaakt te hebben van onze groep daalden we af in de mijnschacht. Binnen was het pad nauw tot zeer nauw, waardoor we soms rechtop konden lopen maar meestal gebukt en op sommige stukken moest zelfs getijgerd worden om verder te komen. Het benauwende gevoel werd nog eens versterkt door het feit dat het super stoffig was en dieper in de berg ook warm en zuurstofarm (Hoe dieper je afdaalt in de berg hoe warmer het wordt met maxima van 50 graden). We hebben alles bij elkaar een tocht van 1,5 uur gemaakt waarbij we de mijnwerkers aan het werk zagen. Ze waren altijd wel blij met onze komst omdat wel bekend was dat de gringo´s altijd iets lekkers of nuttigs uitdelen. Tijdens de tocht zijn we nog even bij een standbeeld van de duivel gestopt om wat alcohol over de grond te sprenkelen zodat we veilig onze tocht konden maken waarbij de gids ook nog even aan de duivel vroeg om veel kinderen voor Miriam en mij nadat hij hoorde dat we al vijf jaar bij elkaar waren maar nog steeds kinderloos zijn (de mijnwerkers geloven buiten de mijn in de christelijke god maar de mijn zelf is het territorium van de duivel). Tijdens deze pauze konden we ook even praten met onze gids waarbij bleek dat hij van zijn 10e tot zijn 15e ook in de mijn werkte maar met geluk in de toeristenindustrie is terecht gekomen. Het leven van de mijnwerkers onder de grond is echt onvoorstelbaar zwaar, wij hadden na anderhalf uur al beurse knieen, een pijnlijke rug en stoffige longen dus het is echt niet voor te stellen hoe die mannen en kinderen dat volhouden hun hele leven lang 10 uur per dag. En dan te bedenken dat deze mensen het relatief gezien goed hebben ten opzichte van de dwangarbeiders die er eeuwen lang hebben gewerkt. Toen we na heel wat geklauter weer bovengronds kwamen moest de overgebleven dynamietstaaf natuurlijk nog even afgestoken worden maar natuurlijk niet voordat we allemaal met het dynamiet op de foto waren geweest. Waarom het lont daarbij al ontstoken moest zijn was ons een raadsel. Na wat vlug genomen fotos rende de gids ervandoor en plaatste hij het ergens op een braakliggend stuk land en nadat hij er als een haas vandoor ging ontplofde het met veel geweld. Het heeft wel wat weg van vuurwerk afsteken maar dan wat lomper. Morgen gaan we met de bus naar Uyuni toe, een dorp vlakbij de grootste zoutvlakte ter wereld (jaja in bolivia kunnen ze er wat van). Daar gaan we een tour regelen waarbij we vier dagen door de zoutvlakte en een nationaal park gaan rijden in een landcruiser. Daarna is het plan om naar La Paz door te reizen. Tijdens de tour over de zoutvlakte zijn we trouwens niet telefonisch bereikbaar.

PS van Miriam voor Rinske en alle andere geinteresseerden: een jongen die met ons mee ging naar de mijnen heette Rocky!

  • 24 Februari 2010 - 21:35

    Esther:

    hihi, ik ben vereerd, thnx :)
    Nu ga ik weer even verder lezen...

  • 25 Februari 2010 - 06:53

    Rins:

    Wow, wat maken jullie veel mee! Die mijnen klinken heel eng, lijkt me niks :S Maar wel weer een mooie ervaring natuurlijk.
    De zoutvlakte wordt vast ook geweldig!

    Miriam, ik heb hier ook wat mooie namen gehoord: Comfort, Precious, Lordly, Blessing, Patience etc :)

    Heel veel plezier nog!! En voorzichtig met de cocaine blaadjes he ;)

  • 25 Februari 2010 - 09:50

    Ellis:

    Geweldig om jullie zo te kunnen volgen. Leuk om te lezen over de verschillen in natuur, mensen en gebruiken. Ik geniet er ook altijd van om foto's van jullie te zien. Kreeg het trouwens wel een beetje (plaatsvervangend) benauwd bij de foto's uit de mijn. Wat een leven als dat je dagelijks bestaan is.

    Kus, Ellis

  • 25 Februari 2010 - 10:00

    Jan:

    En nog aanvullend met de planten gaat het wel goed.De vetplant richt zich langzaam maar zeker weer op en de olifantsboom krijgt in een nieuwe pot met verse aarde op twee van de drie zijtakken bobbels met kleine sprietjes. Kleine belevenissen maar ook het vermelden waard.

  • 25 Februari 2010 - 19:33

    Laura:

    Hoi allebei!
    Pff, krijg het al benauwd van alleen al naar jullie kijken in de mijn! Mij niet gezien, ik ben dan ook blij dat jullie er heelhuids zijn uitgekomen!
    Fijn om te lezen dat het goed met jullie gaat.
    Veel plezier op de zoutvlaktes!
    Xx Laura

  • 26 Februari 2010 - 13:03

    Dietje:

    Hela Mip&Max (voor de duidelijkheid voor jullie toekomstige kinderen: Max = Pieter) ;)

    ik moet mijn blog achterstand maar later vanavond gaan wegwerken. Blijkbaar had ik me verkeerd aangemeld op jullie blog, want de laatste 3 berichten had ik nog helemaal niet gekregen!

    Wat een lekkere chica heb ik voorbij zien komen op de foto in een witte bikini! En wat een avonturen - vooral als het spannendste moment van je door de weekse dag is om te zien welke soep ze in de kantine serveren ;)

    Ik ga zeer binnenkort maar kijken of jullie mobielo nummer wel werkt.

    Groetjes uit de afwisselend regen/zon-achtige Booty shaking Oosten ;)

  • 03 Maart 2010 - 19:31

    Flora En Sybetta:

    Hey!

    Wij zijn jaloers! Zitten hier in het koude Nederland, te werken aan onze toekomst ;)
    Veel plezier nog daar!!!

    Liefs,
    Flora en Sybetta

    PS:En, nu maar wachten op de kinderen........

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Pieter

We gaan 11 maanden weg :) Pieter neemt onbetaald verlof en ik ga op Tonga mijn laatste stage lopen. Maar eerst gaan we nog langs Brazilie en Peru. Na Tonga komt Pieter zijn familie in Indonesie langs en vervolgens reizen wij verder in Zuid-Oost Azie.

Actief sinds 28 Dec. 2009
Verslag gelezen: 200
Totaal aantal bezoekers 32971

Voorgaande reizen:

12 Januari 2010 - 15 December 2010

Wereldreis

Landen bezocht: